Hugo Beersmans was jarenlang zelf administrateur-generaal van Wonen Vlaanderen. Als topambtenaar met pensioen laat de woonproblematiek hem niet los. Met volle overtuiging zet Hugo zich in als woordvoerder voor de Woonzaak. Waarom hij dat doet, leest u in zijn openingsstatement:
“Wat mij opviel bij de uitslag van de verkiezingen vorig jaar is dat een grote groep kiezers onze politici duidelijk heeft willen maken dat ze te weinig ondersteuning ondervinden, bij het krijgen van zorg, bij het vinden van een woning of bij het oplossen van hun mobiliteits-, gezondheids- of andere problemen. Sommigen deden hen geloven dat de oorzaak daarvan bij de nieuwkomers moet gezocht worden, migranten, vluchtelingen, … . Die boodschap ging er blijkbaar in als zoete koek.
Wat doet de nieuwe Vlaamse regering ondertussen? Ze propageert gemeenschap maar vermindert substantieel de bestaande ondersteuning, uiteraard voor die nieuwkomers, maar uiteindelijk, en in belangrijke mate, voor iedereen die het moeilijk heeft en daarom recht heeft op steun. Ze doet dat onder meer door te besparen op openbare diensten en op de subsidies voor organisaties die, rechtstreeks of onrechtstreeks, instaan voor die ondersteuning.
Zo zijn de initiatiefnemers van de ‘Woonzaak’ ervan overtuigd dat de Vlaamse overheid meer kan doen voor de woonproblematiek en dat ze een veel ambitieuzer woonbeleid kan voorleggen.
Hugo Beersmans
Het lijkt me niet zo moeilijk te voorspellen wat dat voor de volgende stembusslag kan betekenen. Het maakt me dan ook bezorgd, en blijkbaar mij niet alleen. Zo zijn de initiatiefnemers van de ‘Woonzaak’ ervan overtuigd dat de Vlaamse overheid meer kan doen voor de woonproblematiek en dat ze een veel ambitieuzer woonbeleid kan voorleggen. Ik ben fier dat ze mij, als ere-administrateur-generaal van Wonen-Vlaanderen en ondertussen enkele jaren met pensioen, aangesproken hebben om woordvoerder te zijn voor het initiatief. Jarenlang was ik van nabij betrokken bij het Vlaamse woonbeleid. Ik acht me dan ook goed geplaatst om te wijzen op een ernstige structurele woonnood, die al decennia aanhoudt en die te maken heeft met de al meer dan een halve eeuw volgehouden onevenredige focus op eigenaars.
Er staan evenveel gezinnen op de wachtlijst als er in de sociale woningen zitten. Daarin moeten we dus investeren. Dat gebeurt, maar lang niet genoeg en hoe dan ook, een echte inhaaloperatie lukt niet op korte termijn. Ondertussen moet er veel meer energie gaan naar regulering op de private huurmarkt, een deelmarkt die meer dan 20% van de totale woonmarkt omvat. Die stroomt vol met mensen die zich geen eigen woning kunnen permitteren. Daar doen zich de ernstigste toestanden voor, onder meer omdat de sociale huurmarkt veel te klein is en de Vlaamse overheid tot voor kort op de private huurmarkt alleen maar de kwaliteit kon reguleren. Tijdens de vorige legislatuur is dat veranderd en daarom vind ik het bijzonder jammer dat het Vlaamse regeerakkoord precies op die private huurmarkt geen enkele poging doet om potten te breken. Bovendien wordt ook de, overigens terechte, schrapping van de woonbonus nu gebruikt om te besparen en helemaal niet voor het lenigen van de woonnood.
De woonuitgaven zijn op de private huurmarkt met bijna 16% reëel gestegen sinds 2005, het dubbele van de stijging bij eigenaars met hypotheeklast en zelfs met vijf procentpunt meer dan bij de sociale huurders. Bovendien zijn de prijzen onderaan de huurmarkt relatief gezien het hoogst, omdat daar een enorme concurrentie zit. Ongeveer een derde van alle huurders houdt na het betalen van de huur te weinig over om menswaardig te leven. Bij de private huurders blijft dat aandeel stijgen, terwijl het bij alle andere bewoners daalt. Helemaal onbegrijpelijk is dat recent de huurwaarborg opgetrokken werd tot drie maanden, terwijl in 2018 al ongeveer de helft van de kandidaat-huurders aangaf problemen te hebben met een waarborg van twee maanden. In het regeerakkoord staat dat de huurwaarborglening, die soelaas zou moeten bieden, maar dat onvoldoende doet, pas tegen het einde van de legislatuur zal geëvalueerd worden. En ondertussen evolueert de sociale woonsector, door allerlei ingrepen, zelfs meer en meer naar wat ik armenhuisvesting zou noemen.
Met het Europees Sociaal Handvest en een uitspraak door het Europees Comité voor Sociale Rechten zien we een unieke mogelijkheid om deze en de volgende regeringen te dwingen een belangrijke stap vooruit te zetten en het pad in te slaan van een evenwichtig en fundamenteel rechtvaardig woonbeleid. Daartoe moeten we ons verenigen en samen aan de kar trekken. Met de ‘Woonzaak’ zetten we onze neuzen in dezelfde richting en kunnen we de politici ertoe dwingen om naar dezelfde horizon te kijken. Vandaar mijn dringende oproep aan al onze medestanders en sympathisanten: help ons met de ‘Woonzaak’, gericht op het verlichten van de nood van al wie ondersteuning op de woonmarkt nodig heeft.
Jullie krijgen zo dadelijk onze oproep, op papier en via de website ‘www.woonzaak.be’. Bespreek die oproep binnen uw organisatie en deel hem met iedereen van wie je aanneemt, verwacht of hoopt dat ze de ‘Woonzaak’ een warm hart toedragen. Laat ons vervolgens weten wat haalbaar is en hoe ver uw engagement reikt:
- voor het uitbouwen van onze website en voor communicatie naar de buitenwereld kunnen we alvast uw verhalen en ervaringen gebruiken;
- voor onze campagnes willen we weten of we ook een beroep kunnen doen op uw eigen communicatiekanalen en wie bereid is mee te werken of deel te nemen aan acties.
Ten slotte, maar niet in het minst, zijn er ook nog de benodigde centen. Voor het voeren van de procedure hebben we ondertussen, vanuit de initiatiefnemende organisaties en met de hulp van sympathisanten, voldoende financiële middelen en expertise klaar staan. Die gaat dus in elk geval door. Maar we willen natuurlijk meer dan dat. De verdere uitbouw van onze website, de organisatie van een brede campagne en het sensibiliseren van het publiek, de media en de politici zullen heel wat financiële middelen vergen, gespreid over twee, drie jaar. In onze voorlopige begroting mikken we op een dikke 100.000 euro, waarvan maximum een kwart voor de procedure zelf. We zijn dus nog op zoek naar een aanzienlijk bedrag. Onze vraag is wat uw aandeel daarin kan zijn.
We zijn blij met de opkomst vandaag en met jullie aanwezigheid. Maar we denken groots. We knopen gesprekken aan met veel verschillende organisaties in diverse sectoren. Het ‘Recht op Wonen’, dat verankerd is in de Grondwet en in de Vlaamse Wooncode, belangt iedereen aan. Daarvoor doen we het. Alvast onze dank voor uw engagement.”
Hugo Beersmans